Alcohol & tinctuurkruiden

Voordat we beginnen met het maken van een tinctuur bespreken we in dit hoofdstuk hoe je een alcohol kiest voor je tincturen, waar je op moet letten en welke kruiden we kunnen gebruiken voor een tinctuur.

 

Welke alcohol gebruik je om een tinctuur te maken?

Bij de bereiding van een tinctuur gebruiken we alcohol zonder toevoegingen, zoals graanjenever, wodka of een pure alcohol van 96%. We kiezen voor alcohol met een neutrale, niet al te sterke smaak om zo de kruiden beter naar voren te laten komen. Ook bevatten veel soorten alcohol allerlei toevoegingen en smaakstoffen, wat we allemaal niet in een medicinale tinctuur willen hebben.

Aangezien we een medicijn maken en het onze gezondheid moet ondersteunen, vind ik het belangrijk om een alcohol te gebruiken van zuivere en goede kwaliteit, het liefst biologisch. Kies dat als dat haalbaar is, maar zolang een alcohol geschikt is voor consumptie en minstens 40% alcohol bevat, kun je hem gebruiken voor een tinctuur.

Ik gebruik zelf vaak biologische wodka, bijvoorbeeld van het merk Biospirits. Ik vind De Groene Slijter een handige webshop met een goed biologisch assortiment. Als ik een hoger percentage alcohol nodig heb, gebruik ik 96% biologische alcohol van De Cruydhof. Dit verdun ik met gefilterd of gedestilleerd water om tot het gewenste percentage te komen. Verderop in dit hoofdstuk zal ik uitleggen hoe je dit doet. 

 

Alcoholpercentage

Het alcoholpercentage in een tinctuur is belangrijk. Het bepaalt namelijk de houdbaarheid en hoeveel en welke inhoudsstoffen er worden onttrokken uit de kruiden. Zeker als je verse kruiden gebruikt is het goed om hierop te letten, omdat er dan meer vocht in je tinctuur terechtkomt en je dus genoeg alcohol nodig hebt om dit te conserveren. Bij een te laag percentage kan het zijn dat je tinctuur niet (lang) goed blijft. Kruidengeneeskundige Lucy Jones schrijft erover in haar boek ‘Self-Sufficient Herbalism’ dat ze een keer had meegemaakt dat één van haar glazen tinctuur potten was ontploft omdat ze een te laag alcoholpercentage had gebruikt met verse kruiden. Om dit te voorkomen is het goed om minstens 40% alcohol te gebruiken.

 

Een tinctuur van Groene Haver (Avena sativa)

 

Alcohol in een tinctuur heeft twee functies: het onttrekken van werkzame inhoudsstoffen uit de kruiden en conservering van de tinctuur. Hoewel je als beginner prima voor iedere tinctuur 40% of 50% alcohol kunt gebruiken, wil ik je graag kort iets vertellen over waarom het percentage alcohol, naast conservering, een belangrijk punt is in het maken van tincturen.

Ieder kruid heeft een andere verhouding van wateroplosbare, alcoholoplosbare en olie-oplosbare inhoudsstoffen. Je zult begrijpen dat een kruid met meer wateroplosbare inhoudsstoffen vooral water nodig heeft om zijn werking los te laten, en daarnaast wat alcohol als conservering – hierdoor is een lager percentage (30-40%) alcohol meestal genoeg. Kruiden met veel olie- of alcoholoplosbare inhoudsstoffen hebben een hoger percentage alcohol nodig. Een goed voorbeeld hiervan is Sint-Janskruid. Dit kruid heeft minstens 60% alcohol nodig voor optimale extractie omdat ze zoveel inhoudsstoffen heeft die vooral in olie of alcohol oplossen. Zo krijg je ook een dieprode tinctuur, door de belangrijke stof Hypericine in de Sint-Janskruid. Toen ik een tinctuur maakte van Sint-Janskruid met maar 40% alcohol, werd deze inderdaad niet heel erg rood, meer doorzichtig licht rood. Dit laat dus goed zien dat de extractie niet optimaal is bij een lager alcoholpercentage. De werking zal daardoor veel minder sterk zijn. Een hoger alcoholpercentage is dus niet per se noodzakelijk, maar bij sommige kruiden kan dit er wel voor zorgen dat de tinctuur (veel) minder effectief is en het kruid niet optimaal tot z’n recht komt. 

Aangezien dit als beginner moeilijk is om voor ieder kruid exact uit te zoeken wat de juiste verhouding van alcohol en water is, is het helemaal oké om een alcohol te gebruiken met een percentage tussen de 40 en 50%. Wat ik een fijn percentage vind is 50% alcohol. Dit betekent dat er 50% alcohol in zit en 50% water, mooi in evenwicht dus. Op deze manier kun je zowel vers als gedroogde kruiden gebruiken. Wil je makkelijk beginnen; kies dan voor 40% wodka. Hiermee kun je direct aan de slag. 

Als je het alcoholprecentage preciezer wilt afstemmen op het kruid of plantendeel waar je een tinctuur van wilt maken, kun je de onderstaande richtlijnen gebruiken. Verderop in dit hoofdstuk leg ik uit hoe je zelf alcohol mengt met water om tot het juiste percentage te komen.

 

  • 30-50% alcohol voor gedroogde bovengrondse plantendelen: bladeren en bloemen
  • 40-60% alcohol voor verse bovengrondse plantendelen: bladeren en bloemen
  • 50-70% alcohol voor zaden, wortels, schors en hardere, verhoute plantendelen
  • 70%-80% alcohol voor harsen

 

Let op: Als je verse kruiden gebruikt, zeker bij plantendelen met een hoog vochtgehalte (denk aan verse, dikke wortels of sappige kruiden), voeg je als het ware ook water toe aan je tinctuur. Dit betekent dat de alcohol wordt verdund en het alcoholpercentage dus omlaag gaat. Om deze reden kan het een goed idee zijn om een wat hoger percentage te nemen als je verse kruiden gebruik die veel vocht bevatten, zodat je het juiste alcoholpercentage behoudt. Zo maakte ik bijvoorbeeld eens een tinctuur van Avena sativa (Groene Haver) met 60% alcohol, zonder me te realiseren dat er enorm veel vocht in de verse Havertoppen zit en het alcoholpercentage daarmee een stukje lager kwam te liggen. De tinctuur was niet mislukt, want afhankelijk van welke inhoudsstoffen je uit Groene Haver wilt onttrekken, kan je zowel lagere als hogere percentages gebruiken. Maar ik wilde het graag inzetten voor het versterkende effect op het zenuwstelsel en hier heb je een wat hoger percentage voor nodig. Daarom kies ik tegenwoordig voor een alcoholpercentage van 75% als ik een tinctuur maak van Groene Haver, dan kom ik uiteindelijk waarschijnlijk uit op een percentage dat tussen de 60% en 70% ligt.

Onthoud dat het niet noodzakelijk is om een perfect alcoholpercentage te berekenen en te bereiden. Zeker als beginner kan dit enorm overweldigend en demotiverend zijn. Je hoeft dit niet allemaal direct te kunnen of te begrijpen. Ik deel deze informatie vooral om je verder te helpen op het moment dat je merkt dat je tinctuur bijvoorbeeld niet sterk genoeg is of je er weinig effect van merkt.

 

 

Alcoholpercentage formuleren

Om zelf specifieke alcoholpercentages te formuleren voor een tinctuur, gebruiken we 95% of 96% alcohol als basis. We verdunnen dit met gefilterd of gedestilleerd water om tot het gewenste percentage te komen. Ik raad af om water uit de kraan te gebruiken, ookal is dit in Nederland relatief goed drinkbaar. Het bevat chemicaliën, kalk en kan zelfs sporen van medicijnen bevatten.

Om uit te rekenen hoeveel water je bij de alcohol moet doen, begin je met het bepalen van het gewenste eindpercentage alcohol voor de tinctuur. Dit is afhankelijk van de kruiden die je gebruikt. Bijvoorbeeld, voor een tinctuur van Sint-Janskruid wil je wellicht een eindpercentage van 70% alcohol. Er zijn twee methodes waarop je kunt berekenen hoeveel water je toevoegt om tot 70% alcohol te komen. Deze methodes leg ik hieronder uitgebreid uit.

Beide methodes werken even goed, kies wat bij het beste past bij jou. Ik ben zelf bijvoorbeeld helemaal niet wiskundig ingesteld, waardoor ik moeite heb met formules en cijfers. Dat is waarom ik methode 1 gebruik. Vind je het juist fijn om dingen heel precies te berekenen, gebruik dan methode 2.

Tip: Voor sommige mensen kunnen dit soort berekeningen en het denken in cijfers behoorlijk overweldigend zijn. Ik geef daarom meerdere voorbeelden om je te helpen dit in de praktijk toe te passen. Loop het rustig door en doe de rekensom ook zelf een keer. Als je het eenmaal doet zul je zien dat het makkelijker is dan het lijkt.

Methode 1

Omdat het getal 95 of 96% complexer is om mee te rekenen, gebruiken veel mensen in plaats daarvan gewoon 100%. Hiermee ga je er in de rekensom vanuit dat je begint met 100% alcohol, ookal heb je in feite 96% alcohol. De gedachte hierachter is dat het getal 100 makkelijker en sneller rekent dan het getal 96, zeker als rekenen niet je sterkste punt is. De 4% alcohol die verloren gaat in het rekenproces en in de uiteindelijke tinctuur, is niet zo significant dat we ons er druk om hoeven maken. 

Hieronder leg ik de rekensom uit die je maakt om te bepalen hoeveel alcohol en water je nodig hebt om tot het gewenste alcoholpercentage te komen. Je kunt onderstaande rekensom iedere keer als basis gebruiken, ookal wil je een andere hoeveelheid tinctuur of percentage. Vervang simpelweg het aantal percentage en/of het aantal milliliter.

 

Voorbeeld:
Je wilt 100 ml tinctuur maken van 70%.

  1. Om 100 ml van 70% alcohol te maken, heb je 70% van 100 ml pure alcohol nodig. Gebruik de volgende rekensom om dit uit te rekenen:

    0.70 × 100 = 70 ml pure alcohol

  2. Nu weet je dat je 70 ml pure alcohol nodig hebt. Het totale volume van de tinctuur moet 100 ml zijn. Dus, het water dat je moet toevoegen is:

    100 ml (totaal) − 70 ml (alcohol) = 30 ml water

Dus, als je 100 ml tinctuur met 70% alcohol wilt maken, neem je 70 ml alcohol en voeg je 30 ml water toe. Dit mengsel geeft je precies 100 ml tinctuur met 70% alcohol.

 

Voorbeeld:
Je wilt 250 ml tinctuur maken van 70%.

  1. Om 250 ml van 70% alcohol te maken, heb je 70% van 250 ml pure alcohol nodig. Gebruik de volgende rekensom om dit uit te rekenen:

    0.70 x 250 = 175 ml pure alcohol

  2. Nu weet je dat je 175 ml pure alcohol nodig hebt. Het totale volume van de tinctuur moet 250 ml zijn. Dus, het water dat je moet toevoegen is: 

    250 (totaal) – 175 (alcohol) = 75 ml water

Dus, als je 250 ml tinctuur met 70% alcohol wilt maken, neem je 175 ml alcohol en voeg je 75 ml water toe. Dit mengsel geeft je precies 250 ml tinctuur met 70% alcohol.

 

 


 

Methode 2

Bij deze methode gebruiken we wel 95% als basis van de formule en kun je heel precies uitrekenen hoeveel alcohol en water je nodig hebt. Hieronder geef ik de basisformule die je kunt gebruiken voor al je berekeningen.

Basisformule

Voorbeeld:

Als je een tinctuur wilt maken met 50% alcohol en je begint met 95% alcohol, dan wordt de formule:

Dus, 52,6% van de tinctuur zal uit alcohol moeten bestaan en de resterende 47,4% moet je aanvullen met water. Je kunt hier een speciale maatbeker voor aanschaffen waarmee je dit nauwkeurig kunt afmeten. Vervolgens kun je dit mengsel gebruiken om je tinctuur mee te maken. 

 

Verse of gedroogde kruiden

Je kunt zowel verse als gedroogde kruiden gebruiken. Ik werk zelf graag met verse kruiden omdat ik ze dan op hun piek bloei kan oogsten en deze levenskracht als het ware in de tinctuur kan vangen. Maar gedroogde kruiden kunnen ook zeer effectief zijn in een tinctuur. Het is wel belangrijk om er op te letten dat je kruiden kwalitatief goed zijn en niet jaren oud. Dan verliezen ze hun werking.

 

➤     Lees meer over de kwaliteit van kruiden in het hoofdstuk ‘Kruiden & benodigdheden kopen’ in week 2.

 

Hoewel we uit zowel gedroogde als verse kruiden een tinctuur kunnen maken, leveren verse kruiden of bloemen het mooiste resultaat op. Verse kruiden worden dan ook het meest gebruikt om een tinctuur te maken. Er zijn veel mensen die ervan overtuigd zijn dat verse kruiden meer inhoudsstoffen bevatten en dus een betere tinctuur maken. Veel verse kruiden en bloemen bevatten een hoog percentage aan water. In dat water zitten inhoudsstoffen. Dit betekent dat als je de planten laat drogen, een deel hiervan verloren kan gaan en die komen daardoor ook niet in je tinctuur terecht.

Ik heb zelf de voorkeur voor verse kruiden, vooral omdat ik dan kan aanvoelen of zien wanneer een kruid op zijn piek bloei zit. Ik wil graag dat die levensenergie, frisheid en plantensappen vastgelegd worden in de tinctuur. Als ik het kruid dan zou drogen, verliest het vaak een soort levenskracht en dat voelt minder logisch voor mij. Maar gedroogde kruiden kunnen ook zeker worden gebruikt voor het maken van een tinctuur. Als je graag kruiden op voorraad wilt hebben en het hele jaar door tincturen wilt kunnen maken, zijn gedroogde kruiden een goede uitkomst. Ook als je kruiden wilt gebruiken die je niet vers kunt vinden of exotisch zijn, is gedroogd een handige manier om er gebruik van te kunnen maken. Ook zijn gedroogde kruiden vaak makkelijker te koop en goedkoper. Je kunt en mag hierin je eigen gevoel volgen.

 

Kruiden / Plantendelen

Een tinctuur kan worden gemaakt van allerlei verschillende soorten plantendelen:

  • Bloemen en bladeren
  • Naalden
  • Zaden
  • Schors
  • Vruchten
  • Stengels
  • Wortels

Zoals we eerder in dit hoofdstuk besproken hebben, bepaalt het soort plantmateriaal welk alcoholpercentage nodig is.

 

 

 

Om te bepalen welke kruidentinctuur het beste bij jou past, vereist eerst wat onderzoek. Hieronder geef ik een aantal voorbeelden van veel gebruikte kruiden voor tincturen en een beknopte beschrijving van hun werking. Dit is bedoeld als een samenvatting om wat sneller te bepalen wat de algemene werking is, maar de veelzijdige werking van kruiden is natuurlijk niet samen te vatten in twee zinnen. Samen met het feit dat tincturen een diepe en sterke werking kunnen hebben, raad ik je aan om altijd eerst de Plant Profielen uitgebreid door te lezen voor de precieze werking en eventuele contra-indicaties. Wil je meer leren over de werking van een kruid dat niet in de Plant Profielen besproken wordt? Ga dan naar ‘de kruidenbibliotheek’ in week 2 voor betrouwbare boeken die ik hiervoor aanraad. 

 

Kruiden die in de Plant Profielen worden behandeld:

  • Bijvoet (Artemisia vulgaris) –  Stimuleert de spijsvertering, werkt ontkrampend en werkt als een bitter. Daarnaast heeft Bijvoet een reinigende en activerende werking.
  • Brandnetel (Urtica dioica) – Werkt versterkend, stimulerend en ontgiftend. 
  • Duizendblad (Achillea millefolium) – Bevordert en kalmeert de spijsvertering, maar werkt ook reinigend. Stimuleert de bloedcirculatie.
  • Framboosblad (Rubus idaeus) – Samentrekkend, ontkrampend en versterkend. Werkt als een tonicum voor de vrouwelijke organen.
  • Goudsbloem (Calendula officinalis) – Wondhelend, ontstekingsremmend en ontkrampend. Geeft nieuwe levenskracht en vitaliteit.
  • Hartgespan (Leonurus cardiaca) – Kalmerend bij stress, nervositeit en angst. Verbetert de hartfunctie bij (milde) hartklachten. Tonicum voor het zenuwstelsel.
  • Groene Haver (Avena sativa) – Diepe ondersteuning voor het zenuwstelsel, bij overprikkeling en burn-out. Verhoogt de mentale en fysieke weerstand tegen stress. Kalmerend en ontspannend. Een waar tonicum.
  • Grote Klis (Arctium lappa) – Ontgiftend en vochtafdrijvend. Reinigt de lever, stimuleert het lymfestelsel en versterkt het immuunsysteem. Te gebruiken als een bitter.
  • Heermoes (Equisetum arvense) – Werkt herstellend, versterkend en opbouwend op een groot deel van het lichaam, met name de botten en het zenuwstelsel.
  • Kamille (Matricaria chamomilla) – Werkt kalmerend op het gemoed maar ook ontspannend en onstekingswerend op de spijsvertering, met name bij maag- en darmklachten die ontstaan uit spanning, nervositeit en emoties.
  • Paardenbloem (Taraxacum officinale) – Stimuleert de spijsvertering en werkt reinigend op de lever. Paardenbloem schudt wakker. Te gebruiken als een bitter.
  • Populier (Populus) – Wordt ingezet bij verkoudheid, griep en keelpijn. Met name als het veel slijm aanwezig is. Werkt antimicrobieel en pijnstillend.
  • Roos (Rosa spp.) – Verkoelend en ontspannend, zowel fysiek als emotioneel. Ter ondersteuning bij rouw, verdriet en darmklachten. Helpt om te verzachten en emoties toe te laten.
  • Rozemarijn (Salvia rosmarinus) – Werkt als een digestief en heeft een ontspannende werking op de spijsvertering. Werkt algeheel versterkend en verwarmend. Kan levensenergie terugbrengen in het lichaam en de geest.
  • Salie (Salvia officinalis) – Ontstekingsremmend, slijmoplossend en samentrekkend. Wordt vooral ingezet bij klachten in de mond, luchtweginfecties en hoest.
  • Sint-Janskruid (Hypericum perforatum) – Voor pijnverlichting, antivirale werking en (seizoens)depressie. Let er wel op dat dit kruid de werking van medicijnen en anticonceptie kan beïnvloeden.
  • Tijm (Thymus vulgaris) – Bij allerlei klachten aan de luchtwegen: verkoudheid, griep, hoest, slijm en keelpijn. Werkt slijmoplossend en verzacht de hoest.
  • Vlierbloesem (Sambucus nigra) – Bij griep, koorts, verkoudheid en vochtophoping. Werkt zweetdrijvend, weerstandsverhogend en slijmoplossend. 

 

Voorbeelden van kruiden die je ook kunt gebruiken voor tincturen:

  • Braamblad (Rubus fruticosus) – Werkt samentrekkend en wordt vaak ingezet bij diarree.
  • Citroenmelisse (Melissa officinalis) – Kalmerend en ontspannend. Werkt slaapbevorderend en opbeurend. Ontkrampende en verzachtende werking op de spijsvertering
  • Gember (Zingiber officinale) – Bij misselijkheid, verkoudheid en darmklachten. Verbetert de circulatie.
  • Hop (Humulus lupulus) – Kalmerend en slaapopwekkend. Te gebruiken in een bitter door de spijsverteringsbevorderende bitterstoffen en ontspannende werking op de maag. Wordt met name ingezet bij klachten in de menopauze. Let op: bevat fyto-oestrogenen. 
  • Meidoorn (Crataegus monogyna/laevigata) – Werkt ondersteunend op het hart, zowel lichamelijk als emotioneel. Bij (milde) hartkloppingen, slapeloosheid en spanning. Kalmeert het zenuwstelsel.
  • Pepermunt (Mentha x piperita) – Bij misselijkheid, spijsverteringsstoornissen, krampen en galproblemen. Werkt krampwerend, spijsverteringsbevorderend en verkoelend.
  • Valeriaanwortel (Valeriana officinalis) – Bij slapeloosheid, rusteloosheid, nervositeit en kramp. Werkt ontspannend en versterkend op het zenuwstelsel en helpt om beter te slapen, met name als slapeloosheid voortkomt uit stress, overprikkeling en een drukke geest. Let op: gebruik niet langer dan 3 weken achter elkaar.
  • Vrouwenmantel (Alchemilla vulgaris) – Bij zware menstruatie en na de bevalling. Werkt samentrekkend, bloedstelpend en weefselherstellend. Een tonicum voor de baarmoeder. Ook te gebruiken bij verzakkingen en diarree.
  • Zonnehoed (Echinacea purpurea/angustifolia) – Ondersteunt en versterkt het immuunsysteem, ter preventie en behandeling van (terugkerende) verkoudheid, griep en chronische sinusitis. 

Dit is om je een idee te geven, maar er zijn natuurlijk nog talloze andere kruiden waar je een tinctuur van kan maken.

 

Kruiden mixen

Voor beginners raad ik aan om een tinctuur enkelvoudig te maken, dus één kruid per pot. Als je een tinctuur met meerdere kruiden wilt maken, maak je ze eerst apart en kun je vervolgens de verschillende tincturen met elkaar mengen in de gewenste verhouding. Dit helpt om de tinctuurtechniek onder de knie te krijgen en om de kruiden apart te leren kennen. Zeker als je weinig ervaring hebt met tincturen is het fijner en veiliger om niet direct allerlei kruiden te mengen.

Als je een tinctuur van meerdere kruiden gaat maken, wordt over het algemeen aangeraden niet meer dan vier kruiden met elkaar te combineren.

 

Brandnetelworteltinctuur

 

Oogsten

Oogst verse kruiden voor een tinctuur het beste ’s middags op een zonnige of droge dag, zodat de kruiden volledig droog zijn. Maar hier hoef je niet te streng mee om te gaan. Je mag natuurlijk oogsten wanneer het jou uitkomt, als je er maar voor zorgt dat de kruiden niet onder de dauw zitten of nat zijn van de regen. Houd er wel rekening mee dat als het dagenlang achter elkaar regent, zoals dat in Nederland wel vaker het geval is, dit ervoor zorgt dat het vochtgehalte in de kruiden toeneemt – dit is dus niet het ideale moment om kruiden te oogsten. Mocht het echt niet anders kunnen, laat de kruiden dan zo’n vierentwintig uur ‘drogen’ op een warme droge plek voordat je ze verwerkt tot een tinctuur. Belangrijk is dat je het vochtgehalte in verse kruiden zo laag mogelijk houdt.

Verwijder na het oogsten de bruine en aangevreten plantendelen. Je kruid moet er schoon uitzien en het liefst vol met leven. Wat zand of aarde en kleine bewoners kun je er buiten vanaf kloppen. Ik ben geen fan van het wassen van kruiden, omdat je daarmee een hoop vocht toevoegt en je het kruid eerst weer moet drogen voordat je het kan gebruiken. Maar als je je er beter bij voelt om dat wel te doen, probeer de kruiden dan goed droog te deppen voordat je ermee aan de slag gaat.

Voor bovengrondse plantendelen, halen we over het algemeen de bladeren en bloemen van de stelen af. De vezelrijke stelen worden meestal niet gebruikt omdat ze over het algemeen weinig aan inhoudsstoffen toevoegen en wel ruimte innemen. Er zijn wat uitzonderingen, maar over het algemeen kun je hier van uitgaan. In de Plant Profielen en de meeste kruidenboeken staat ook welke plantendelen gebruikt kunnen worden.

 

➤     Andere belangrijke (wild)pluk en oogst informatie, vind je in het hoofdstuk ‘Oogsten, drogen en bewaren’ in week 3.