Je eigen kruidentuin aanleggen
Een eigen kruidentuin is een mooie manier om toegang te hebben tot verse medicinale kruiden, maar ook om een verbinding op te bouwen met kruiden. Hierdoor kan een tuin een enorm waardevolle toevoeging zijn als je kruiden beter wilt leren kennen en in je dagelijkse leven wilt verwerken. Daarnaast heeft het werken in de tuin of met planten op veel mensen een rustgevende en aardende werking. Zo kan de werking van een plant alleen al doorwerken door erbij in de buurt te zijn of eraan te ruiken!
Voor deze cursus kan het daarom een mooie aanvulling zijn om tegelijkertijd een kruidentuin(tje) aan te leggen. Ongeacht of je een grote tuin, een dakterras, balkon, geveltuin of een alleen een vensterbank hebt; het is vrijwel altijd mogelijk om je eigen kruiden te kweken! In dit hoofdstuk loop ik de stappen met je door en geef ik tips die je helpen om te beginnen.
Wist je dat het makkelijker is om een kruidentuin aan te leggen en te verzorgen dan een moestuin? De inhoudsstoffen die kruiden medicinaal maakt voor ons als mens, gebruikt de plant in de eerste plaats om zichzelf te verdedigen en beschermen bij ziekte, schade en stress. Dit zorgt ervoor dat ze daar veel minder gevoelig voor zijn dan de meeste groente! Slakken zijn trouwens ook een stuk minder fan van medicinale kruiden dan van groente. Dit maakt dat een kruidentuin juist enorm geschikt is voor beginners of voor mensen die denken dat ze geen groene vingers hebben. Tuinieren is iets wat je kunt leren en kruiden zijn daar een mooie opening voor!
Daarnaast zijn veel kruiden meerjarig, wat betekent dat je ze vaak maar één keer hoeft te planten en met de juiste verzorging (en een beetje geluk), kun je er jaren plezier van hebben – soms zelfs tientallen jaren. Redenen genoeg om een kruidentuin te beginnen! Maar hoe?
Zaaien of planten?
De eerste vraag waar we meestal tegenaan lopen als we beginnen met tuinieren is of we een kruid als plantje moeten kopen of zelf kunnen zaaien. In principe is vrijwel ieder kruid te zaaien, maar of ze ook makkelijk ontkiemen verschilt enorm per plant. Over de jaren heb ik behoorlijk wat ervaring opgedaan in het opkweken van kruiden en inmiddels weet ik wel welke planten ik niet hoef te proberen te zaaien en welke kruiden juist enorm makkelijk ontkiemen. Zo zijn Salie en Lavendel bijvoorbeeld geen makkelijke planten om te zaaien en als ze al ontkiemen, duurt het minstens een jaar voordat ze zo groot zijn als de plantjes die je in de winkel koopt. Om teleurstelling en frustratie te voorkomen heb ik daarom een overzicht gemaakt met kruiden die je heel makkelijk zelf kunt zaaien, en kruiden die je (als beginner) beter als plantje kunt kopen. Op deze manier heb je grotere kans dat je dit jaar bloeiende kruiden hebt!
De kruiden met een sterretje behandelen we uitgebreid in de Plant Profielen van de cursus. Als je dit jaar een kruidentuin(tje) wilt maken, kun je eventueel de kruiden kiezen die we in deze cursus behandelen zodat je deze beter kunt leren kennen. Alle andere kruiden worden ook wel besproken, maar daar gaan we wat minder diep op in.
Stekken
Bij sommige medicinale planten is het ook mogelijk om ze te stekken! Dit betekent dat je een takje van een grotere plant afknipt en deze in water of aarde kan laten wortelen. Dit duurt over het algemeen een paar weken. Hiermee kun je de plant gratis en vrij simpel vermeerderen! Planten die met name geschikt zijn om te stekken zijn: Rozemarijn, Salie, Tijm, Munt, Lavendel en Vlier. Maar je kunt altijd even op internet zoeken of de plant die je wilt vermeerderen gestekt kan worden, of het simpelweg uitproberen!
Houd er wel rekening mee dat de meeste planten beter stekken in (vochtige) aarde dan in water. Je hebt hier bijvoorbeeld ook speciale stekgrond of stekpoeder voor. Persoonlijk doe ik het altijd met gewone potgrond of direct in de volle grond, maar de kans op slagen is wel groter als je stekpoeder of -grond gebruikt. Ook kun je van Wilgentakken je eigen stekwater of voeding maken!
Hoeveel kruiden moet je hebben voor een kruidentuin?
Mocht het tuinieren nieuw zijn voor je of het voelt allemaal overweldigend, kies dan hoogstens 3 kruiden uit en begin daarmee! Ik geloof namelijk dat het absoluut niet nodig is om zoveel mogelijk verschillende kruiden te kennen. Je kunt er beter een paar een heel goed kennen, dan tientallen kruiden maar een klein beetje. Eventueel kun je dit ieder jaar een beetje uitbreiden.
Zelf begon ik ook in mijn eerste jaar alleen maar met Munt en Oost-Indische Kers. Inmiddels heb ik 50+ medicinale kruiden verdeeld over meerdere tuinen, maar daar had ik wel zeven jaar voor nodig. Ik verzamel medicinale kruiden omdat ik er enorm van geniet om er steeds meer te leren kennen, maar is het noodzakelijk om er zoveel te hebben? Zeker niet! Ik raad juist aan om met zo min mogelijk planten te beginnen. Hierdoor kun je iedere plant genoeg aandacht geven, leer je planten beter kennen en heb je minder kans dat je overweldigd wordt.
Hieronder twee foto’s van mijn eerste tuintjes. Een paar vierkante meter, midden in de stad. Dit is waar het allemaal begon. Mijn tweede (mini) tuin was op een dakterras, in moestuinbakken en planten in potten.
Begin met een logische indeling
Plaats kruiden met vergelijkbare behoeften bij elkaar. Zo planten we kruiden die bijvoorbeeld veel zon nodig hebben en wat minder water (Lavendel, Rozemarijn, Tijm en Salie) bij elkaar op een plek in de tuin die daarbij past. Kruiden die meer schaduw en vocht verdragen, zoals Citroenmelisse en Munt, kun je eventueel bewaren voor meer schaduwrijke plekken. Hiervoor moet je ook een idee hebben van hoeveel zon je in de tuin, op je balkon of op je dakterras hebt. Een schaduwrijk dakterras op het noorden waar je maar 2 uur zonlicht hebt op een dag, zoals ik wel eens gehad heb, is voor veel planten niet de ideale groeiplek. Maar zelfs daar zijn een hoop mogelijkheden! Daarom is het handig om te weten hoeveel zon en hoeveel schaduw je hebt en welke planten daar goed bij passen. Houd er ook rekening mee dat de hoeveelheid zonlicht per seizoen behoorlijk kan verschillen omdat de zon in de zomer veel hoger staat dan in de winter. Je leert je tuin of plek pas goed kennen door het licht er een heel jaar te observeren.
Wil je precies weten wat de behoeftes zijn per kruid? Tuincentra en online webshops die kruiden verkopen geven vaak aan wat de precieze behoeftes zijn per plant. Op veel websites zijn ze zelfs onderverdeeld in categorieën van zonlicht, schaduw en vochtbalans.
Kruidenspiraal
Een kruidenspiraal is een creatieve en ruimtebesparende manier om allerlei verschillende soorten kruiden op dezelfde plek in de tuin te kweken. Het is daarmee een heel geschikte optie voor kleinere tuinen. Het werkt door een spiraalvormige, opwaartse structuur van aarde en stenen te creëren die verschillende microklimaten biedt voor kruiden met verschillende behoeften. Een kruidenspiraal begint breed aan de basis en draait geleidelijk naar boven. Door de opwaartse spiraalvorm biedt de kruidenspiraal verschillende zon- en schaduwposities en vochtigheidsniveaus. De spiraalvorm zorgt er ook voor dat water van boven naar beneden afloopt, waardoor planten onderaan profiteren van meer vocht terwijl planten bovenaan drogere omstandigheden ervaren.
Het hoogste punt krijgt de meeste zon en heeft droge, goed doorlatende grond, ideaal voor kruiden zoals tijm en rozemarijn. Het tussengebied krijgt iets minder zonlicht en is geschikt voor kruiden als salie en lavendel. Het laagste punt is meestal het vochtigst en schaduwrijkst, ideaal voor kruiden als peterselie en munt. Veel mensen maken een kruidenspiraal omdat je hiermee optimaal gebruik maakt van zonlicht, schaduw en vochtbalans. Je plant kruiden met vergelijkbare behoeften bij elkaar en geeft ieder kruid de plek die het beste bij ze past. Het werkt het beste om vaste, meerjarige planten in de kruidenspiraal te zetten, zodat je hem maar één keer hoeft te maken. Maar eventueel kun je in het middengebied van de spiraal ook eetbare of medicinale bloemen zetten, zoals Kamille, Goudsbloem en Korenbloem.
Geen plek voor een tuin?
Hier een aantal ideeën voor als je geen tuin hebt, maar wel graag kruiden wilt kweken.
Dakterras: Eén van mijn eerste tuintjes was op een schaduwrijk dakterras waar ook nog eens veel wind stond. Toch was er veel mogelijk. Een vierkante meter moestuinbak, speciekuipen of terracottapotten kunnen je dakterras in één seizoen veranderen in een weelderige en kruidige plek. Houd wel rekening met wind en plaats eventueel bescherming. Niet alle planten kunnen veel wind goed verdragen.
Balkon: Ook op een balkon is er veel mogelijk! (Hang)potten en rechthoekige tuinbakken bieden hier vaak meer ruimte voor kruiden dan je denkt. Je kunt bijvoorbeeld ook verticaal werken zodat je meer ruimte benut!
Vensterbank: Heb je een vensterbank met minstens een uurtje zon per dag? Dan kun je daar kruiden groeien. Denk aan kruiden zoals Lavendel, Munt, Rozemarijn, Goudsbloem, Kamille, Citroenverbena en Tijm.
Wandpotten of hangpotten: Er bestaan talloze vormen en maten wandpotten of hangpotten waarmee je planten kunt kweken aan de muur, een schutting, de rand van een balkon of buiten aan de vensterbank! Talloze oude vrouwtjes gingen je voor met geraniums, maar je kunt ze ook heel gebruiken voor kruiden!
Geveltuin: Bij veel huizen in de stad is geen ruimte voor een voortuin, maar wel voor een geveltuintje. Ik zie zelfs wel eens mensen die kleine tuintjes of tuinbakken maken rondom een boom die voor de deur staat. Ook kun je eventueel een aantal grotere potten voor de deur zetten of, zoals op de foto hieronder, langs je voordeur laten groeien!
Volkstuin: Voor wie graag een tuin in de volle grond wil, kan een volkstuin een mooie oplossing zijn! De prijs van een volkstuin verschilt erg per gemeente, de grootte van de tuin en of er bijvoorbeeld een schuurtje op staat. Mocht het te duur zijn, dan kun je eventueel overwegen om het samen met iemand anders te doen en de kosten te delen.
Zoals je op bovenstaande foto’s ziet zijn er talloze mogelijkheden waarop je met weinig ruimte en zonder tuin, toch allerlei kruiden kunt kweken!
Soort grond
Hoewel het internet vol staat met meningen en regels over welke grond je het beste kiest om een tuin te beginnen, is dit voor veel beginners alleen maar overweldigend en demotiverend. In al die jaren heb ik vrijwel altijd alleen maar met biologische potgrond gewerkt als ik kruiden in potten of bakken kweekte. Dit werkt prima!
Als je een tuin hebt en in de volle grond werkt, moet je wel rekening houden met wat voor soort grond je hebt. De soort grond is afhankelijk van de plek waar je woont. Zo heb je in sommige delen van Nederland stevige vochtige kleigrond, en in andere delen meer zand- of veengrond. In totaal hebben we vijf hoofdsoorten grond in Nederland: zand, veen, klei, leem en zavel. Dit heeft veel impact op welke planten in jouw tuin kunnen groeien en hoeveel voedingsstoffen er aanwezig zijn. Zo zijn er planten die het niet goed doen op veengrond, maar juist wel op klei, en vice versa. Kleigrond houdt bijvoorbeeld vocht veel langer vast dan zandgrond. Op deze manier is het heel handig en waardevol om te weten wat voor soort grond je hebt, zodat je rekening kan houden met welke planten je het beste kunt kiezen, of je vaak of weinig water moet geven en of je bijvoorbeeld de grond moet verrijken met compost. Dit artikel van Cruydt-Hoeck helpt je uitvinden wat voor soort grond jij hebt. Ook kun je op hun website inheemse planten en kruiden uitkiezen op basis van grondsoort!
Wat handig is om te weten is dat niet alle kruiden evenveel houden van rijke, vruchtbare grond of van extra voeding. Zo kunnen sommige kruiden het bijvoorbeeld beter doen op rotsige, arme grond dan op vochtige kleigrond. Lavendel is hier een goed voorbeeld van. Maar ook hierbij geldt: dit zijn maar richtlijnen. Ik kweek al jaren met succes prachtige lavendel op zeer vruchtbare, vochtige kleigrond. Volgens het internet zou dit funest zijn voor Lavendel, maar ik geloof dat kruiden veel meer (aan)kunnen dan we denken! Als ik naar andere mensen had geluisterd, dan had ik dit dus nooit geprobeerd en dat zou zonde zijn. Wat ik hiermee vooral wil zeggen is dat kruiden wel wat kunnen hebben en je vooral leert door te doen. Richtlijnen kun je gebruiken als startpunt, maar volg ook vooral je eigen gevoel!
De eerste kruidentuin die ik in opdracht maakte: een stadstuin van een café restaurant. Ik kweekte hier allerlei eetbare bloemen en kruiden die in de keuken verwerkt konden worden. Goudsbloem, Oost-indische kers, Cosmea, Lavendel, Kamille, Dille, Verveine en Korenbloemen.
Water geven
Bij het water geven in een medicinale kruidentuin is het belangrijk om rekening te houden met de specifieke behoeften van verschillende kruiden en de omstandigheden in je tuin. Hier zijn enkele tips om rekening mee te houden:
Controleer de grond: Voel de grond om te bepalen of deze vochtig is. Water geven is meestal pas nodig wanneer de bovenste paar centimeter droog aanvoelen. Als de aarde een groene waas krijgt of mos vormt, betekent dit dat je teveel water geeft.
Frequentie: De waterbehoefte varieert per kruid en is afhankelijk van het weer. Over het algemeen hebben mediterrane kruiden zoals Rozemarijn en Tijm minder water nodig, terwijl kruiden zoals munt en peterselie meer vocht nodig hebben. Houd er ook rekening mee dat potten of bakken veel sneller uitdrogen dan de volle grond. Zeker in droge periodes is het daarom belangrijk dat je potten vaker water geeft.
Geef diep water: Zorg dat het water door kan dringen tot de wortels. Sommige mensen geven daarom water vanaf de onderkant, bijvoorbeeld door een schoteltje onder een pot te plaatsen waar water in kan blijven staan. Hierdoor komt het water ook daadwerkelijk bij de wortels terecht. Bij moestuinbakken kan je beter af en toe veel water geven, zoals een goed regenbui zou doen, dan iedere dag een klein beetje.
Vermijd over bewatering: Over bewatering kan leiden tot wortelrot en schimmelproblemen. Zorg voor goede drainage in de grond of potten. Vermijd potten zonder gat aan de onderkant!
Pas aan op het seizoen: In droge periodes of tijdens hete zomers hebben kruiden meer water nodig. In koelere of regenachtige periodes kan je de frequentie verminderen.
Kies het juiste tijdstip: Geef water in de vroege ochtend of late namiddag om verdamping te minimaliseren en water efficiënt te gebruiken.
Winterhard
Winterhard betekent dat een plant winterse omstandigheden, zoals kou, sneeuw en regen, goed kunnen verdragen. Zeker in Nederland is het belangrijk om hier rekening mee te houden want hoewel onze winters vaak niet meer zo koud zijn, kunnen ze wel enorm vochtig en grijs zijn. Niet alle kruiden kunnen hier goed tegen. Met name kruiden die niet inheems zijn en van oorsprong uit een warmer en milder klimaat komen, overleven een Nederlandse winter niet altijd. Voorbeelden hiervan zijn Citroenverbena, Tijm, Salie en Rozemarijn. Hier kun je overigens wel rekening mee houden. Zo kun je deze planten bijvoorbeeld in een kruidenspiraal plaatsen of kweken in potten. Of geef ze een zonnige, warme en beschutte plek in de tuin. Hiermee is de kans groter dat ze het wel overleven. Ook kun je planten laten overwinteren in huis, in de schuur of in de kas. Het is wel belangrijk dat ze dan licht en af en toe water krijgen natuurlijk.
Verder merk ik zelf vooral dat het niet zozeer kou is wat de boosdoener is als planten doodgaan, maar vooral een overmaat aan regen en vocht. Als de grond langdurig te nat is, dan kunnen sommige planten verzuipen of gaan rotten. Dit is de reden dat potten soms beter werken voor mediterrane planten, omdat het water hier weer makkelijk uitloopt en de grond sneller opwarmt en opdroogt.
Stappenplan voor beginners
- Ga na wat de groeimogelijkheden zijn in, op of rondom jouw huis om kruiden te kweken. Bekijk alle foto’s in dit hoofdstuk eens goed en kijk wat haalbaar voelt voor jou.
- Kies op z’n hoogst 3 kruiden uit de onderstaande lijst. Dit kun je doen op gevoel; welke spreken je aan? Welke kruiden wil je beter leren kennen of vind je mooi om te zien?
- Onderzoek wat de behoeften zijn van deze planten, willen ze veel zon of juist ook wat schaduw en meer water? Bepaal daarmee wat de beste plek is. Of, doe het andersom. Bekijk wat de plek is waar jij planten kwijt kan en wat de omstandigheden daar zijn, pas je keuze van planten hierop aan.
- Als je zaden gebruikt kun je dit het vaak het beste binnen voorzaaien op een zonnige, warme vensterbank. Hierdoor heb je meer controle over hoeveel water de plant krijgt, verlies je hem minder snel uit het oog en heb je minder kans dat slakken, vogels of katten met de ontkiemde zaadjes aan de haal gaan. Zodra de plant zo’n 10 cm groot is kun je hem verplanten in een pot, bloembak of de volle grond.
- Als je plantjes koopt, kies dan een pot die minstens twee keer zo groot is als de wortels van de plant. Op deze manier kan de plant groeien en droogt hij minder snel uit.
- Plantjes die je koopt zijn vaak een stuk robuuster dan de jonge plantjes die je zelf hebt gezaaid. Houd hier rekening mee. Zaailingen hebben bijvoorbeeld wat meer aandacht en water nodig in de eerste weken dan een plantje dat je koopt.
- Ga regelmatig op ‘bezoek’ bij je plantje(s). Ruik eraan, voel aan de blaadjes, praat ertegen of ga er gewoon naast zitten. En vooral, geniet!
➤ Deel jouw zelfgemaakte kruidentuin op Instagram met #dewildeapotheek of in de Kruidenclub!
De voorloper op mijn ronde kruidentuin; een kleine spiraal kruidentuin waar je doorheen kon lopen.
Een kruidentuin kan ook onderdeel zijn van een moestuin! Zo zaaiden wij bijvoorbeeld Duizendblad, Sint Janskruid en Kamille naast onze groenten in de moestuin. Dit verhoogt de biodiversiteit, bodemgezondheid en kan beschermend werken tegen ziektes en andere moestuin problemen. Het staat ook nog eens heel mooi.
Botanische namen en medicinale werking
Wil je zeker weten dat je de juiste medicinale soort te pakken hebt? Zoek dan op de Latijnse/botanische naam van een plant. Zo heb je talloze soorten Lavendel, maar je wil er wel eentje die geschikt is voor consumptie en medicinale toepassing, zoals bijvoorbeeld de soort Lavandula angustifolia. Daarom geef ik in onderstaande lijst ook de Latijnse naam mee, zodat je zeker weet welke plant je moet kiezen.
Kruiden die vrij veel kunnen hebben en beginnersvriendelijk zijn:
- Tijm – Thymus vulgaris, Thymus praecox, Thymus citriodorus
- Rozemarijn – Salvia rosmarinus
- Salie – Salvia officinalis
- Hartgespan – Leonurus cardiaca
- Framboos – Rubus idaeus
- Duizendblad – Achillea millefolium
- Goudsbloem – Calendula officinalis
- Kamille – Matricaria chamomilla
- Bijvoet – Artemisia vulgaris
- Smeerwortel – Symphytum officinale
- Sint-Janskruid – Hypericum perforatum
- Citroenmelisse – Melissa officinalis
- Muntsoorten – Mentha x piperita, Mentha spicata, Mentha aquatica
- Oostindische Kers – Tropaeolum majus
- Oregano – Origanum vulgare
- Lavendel – Lavandula angustifolia, Lavendula vera, Lavandula officinalis
Bloeiende kruidendie heerlijk ruiken en bijen en vlinders aantrekken:
- Heilige basilcum/Tulsi – Ocimum tenuiflorum
- Moederkruid – Tanacetum parthenium
- Hyssop – Hyssopus officinalis
- Dropplant – Agasrache rugosa
- Echinacea – Echinacea purpurea
- Citroenverbena/Verveine – Aloysia citrodora
- Vrouwenmantel – Alchemilla mollis
Verkooppunten van kruiden en zaden
Mijn favoriete webshops om (biologische) zaden en/of plantjes te kopen:
- https://www.cruydthoeck.nl/
- https://www.bolster.nl/
- https://sprinklr.co/ (met de code BIODIVERS826 krijg je 5 euro korting!)
Moet je kiezen voor biologisch?
In de ideale situatie zou ik zeggen dat we het liefst alleen biologische plantjes in de tuin willen. Maar als dat ervoor zorgt dat sommige mensen niet kunnen beginnen omdat biologische plantjes of zaadjes vaak duurder zijn, dan geloof ik dat het veel belangrijker is dat je begint dan of je biologische plantjes hebt. Wel raad ik aan om zoveel als mogelijk voor je is, te kiezen voor onbespoten of biologische plantjes, dit is bijvoorbeeld ook beter voor het bodemleven en insecten.
Extra tips:
Begin daar waar je bent. Iedereen is ooit een beginner geweest, zelfs de meest ervaren tuinders. Het is oké als je onzeker bent of het allemaal niet weet. Het is ook oké als er soms planten doodgaan, dat hoort erbij. Ieder jaar leer je weer een beetje bij. Zeven jaar geleden had ik niet durven dromen van waar ik nu ben en wat ik nu allemaal weet over tuinieren. Alle fouten en ‘mislukkingen’ hebben daaraan bijgedragen.
Hoewel het misschien lijkt alsof er allemaal regels zijn waar je aan moet voldoen om te mogen tuinieren, bestaan er in de werkelijkheid geen echte regels. Tuinieren is een prachtig en persoonlijk proces, maar het is ook een intuïtief proces wat je vooral moet dóén. Zoals mijn moeder altijd zegt; al doende leert men.
Nieuwe potten, bloembakken of speciekuipen kunnen best prijzig zijn! Gepaard met potgrond en plantjes of zaden kan dit al snel oplopen. Kijk eens op marktplaats, in kringloopwinkels of op markten. Vaak vind je hier veel goedkopere potten, bakken en tuinspullen. Je kunt ook met pallets werken zoals in de foto eerder op deze pagina. Ik heb zelfs wel eens iemand aardappels zien kweken in een stevige albert heijn tas! Prik wat gaten in de onderkant, vul het met potgrond en er kunnen ook kruiden in.
Een tuin(tje) heeft vooral liefde en aandacht nodig. Net als onze relaties, kinderen of huisdieren, voelen ze aan of je die aan ze geeft of niet. Hiermee bedoel ik niet dat je er elke dag uren werk in moet stoppen, maar een tuin met aandacht verzorgen is de helft van het werk en voegt enorm veel toe.