Dosering en afmeting
Dit is het algemene hoofdstuk over dosering voor zowel kruidenthee, infusies en decocten. Deze informatie is van toepassing op de gehele module deze week.
Hoeveelheid kruiden
De hoeveelheid kruiden die wordt aangeraden voor thee, infusies en decocten verschilt per kruid, per persoon en leeftijd en zelfs per kruidengeneeskundige.
Wel zijn er algemene richtlijnen voor volwassenen:
- Kruidenthee: ½-1 eetlepel (2-5 gr) kruiden per cup (250 ml) water
- Sterke infusie of decoct: 30 gr (+/- halve cup) kruiden per 1 liter water
- Milde infusie of decoct: 2 eetlepels kruiden per 1 liter water
Deze hoeveelheden zijn op basis van gedroogde kruiden, gebruik bij verse kruiden iets meer
Begin met de richtlijnen, maar voel je vrij ook te experimenteren en zelf te voelen wat voor jou werkt. Houd rekening met je eigen mate van gevoeligheid. Reageer je bijvoorbeeld gevoelig op koffie, alcohol, prikkels en medicijnen, houd je dan liever aan de richtlijnen of begin zelfs met wat minder. Andersom, voor een robuuster persoon, kan het nodig zijn wat sterkere thee te zetten om de werking te voelen.
De recepten in deze cursus zijn gebaseerd op deze richtlijnen. Onthoud dat hoe lang je de thee laat trekken en de hoeveelheid water die je gebruikt van invloed is op de sterkte en dus de werking. Je kunt dit naar eigen behoefte aanpassen.
In plaats van ieder kopje thee apart te zetten, is het handig om gelijk een liter thee te maken wanneer je de thee vaker op een dag wilt drinken of een theekuur hebt. Zo staat het direct voor je klaar en kun je het eventueel nog even opwarmen.
Dosering
Om precieze dosering te bepalen moet je rekening houden met de gezondheid van de persoon, het gewicht, leeftijd, ziekte, gevoeligheid en het gewenste effect.
Algemene dosering richtlijn voor volwassenen:
- Chronische klachten (theekuren / lange termijn support bij bijv. burnout): 2-4 koppen thee per dag, verdeeld over de dag.
- Acute klachten (griep, nerveusiteit / slapeloosheid): ¼ – ½ kop thee, ieder half uur, met maximaal 4 koppen per dag. Of 1 tot 2 koppen wanneer nodig.
➤ Voor kinderen: Lees week 3 – ‘Algemene dosering richtlijnen‘
Uitleg maateenheden
Bij sommige recepten in deze week zul je een meeteenheid tegenkomen die je misschien nog niet kent. In plaats van exacte vaststaande hoeveelheden, zoals één eetlepel, gebruiken we “delen”. Dit is een vrije vorm van afmeting die ervoor zorgt dat ongeacht de hoeveelheid thee die je wilt maken, de verhouding van de kruiden altijd in balans blijft. Kortom, als je een theelepel gebruikt voor één deel kruiden, gebruik je dat als uitgangspunt voor de rest van het recept.
Voorbeeld:
Een recept met 1 deel Rozenblaadjes, ½ deel Citroenmelisse en 2 delen Kamille.
Je kiest dan eerst hoeveel thee je wil maken, bijvoorbeeld 1 kop thee. Voor een kop thee gebruik je dan een theelepel als “deel”. Waardoor je 1 theelepel Rozenblaadjes, ½ theelepel Citroenmelisse en 2 theelepels Kamille neemt. Als je een grote pot voorraad wil maken van deze thee, kun je een pot vullen waarbij je bijvoorbeeld een hele cup neemt als “deel”. Dan neem je een cup Rozenblaadjes, een halve cup Citroenmelisse en 2 cups Kamille. Op deze manier kun je het recept volledig naar eigen hand zetten al naar gelang de hoeveelheid die je wil maken.
Verschil tussen verse en gedroogde kruiden
De meeste recepten in deze cursus zijn gebaseerd op gedroogde kruiden. Wil je verse kruiden gebruiken, neem dan wat meer. Het is belangrijk te onthouden dat gedroogde kruiden geconcentreerder zijn dan verse kruiden, omdat ze geen vocht meer bevatten en krimpen. Een handje gedroogd kruid staat dus niet gelijk aan een handje vers kruid, ook al is het dezelfde plant.
Een algemene richtlijn is om de hoeveelheid te verdubbelen als je verse kruiden gebruikt.
